Wat is de uitleg van psalm 119 ?

[nieuwslezer]

Wie kan me deze psalm uitleggen?

1 Gelukkig wie de volmaakte weg gaan
en leven naar de wet van de HEER,
2 gelukkig wie zijn richtlijnen volgen,
hem zoeken met heel hun hart.
3 Zij bedrijven geen onrecht,
maar gaan de wegen die hij wijst.

4 Uw regels hebt u gegeven
opdat wij ons eraan houden.
5 Laat toch mijn wegen recht zijn,
ik wil mij houden aan uw wetten.

6 Ik zal nooit beschaamd staan
als ik uw geboden in acht neem.
7 Ik zal u loven met een oprecht hart
als ik uw rechtvaardige voorschriften leer.
8 Ik zal mij houden aan uw wetten –
verlaat mij dan niet voorgoed.

*

9 Hoe kan wie jong is zuiver leven?
Door zich te houden aan uw woord.
10 Met heel mijn hart heb ik u gezocht,
laat mij niet afdwalen van uw geboden.

11 Uw belofte heb ik in mijn hart geborgen,
zo zal ik niet tegen u zondigen.
12 Geprezen bent u, HEER,
onderwijs mij in uw wetten.

13 Mijn lippen hebben uitgesproken
wat uw mond ons voorschreef.
14 Leven naar uw richtlijnen geeft mij vreugde,
meer vreugde dan rijkdom en overvloed.

15 Uw regels wil ik overdenken,
het oog op uw paden gericht.
16 Ik verheug mij in uw wetten,
uw woord zal ik niet vergeten.

*

17 Wees goed voor uw dienaar – dan zal ik leven
en mij houden aan uw woord.
18 Neem de sluier van mijn ogen – dan zal ik zien
hoe wonderlijk mooi uw wet is.

19 Ik ben een vreemdeling op aarde,
verberg uw geboden niet voor mij.
20 Mijn ziel kwijnt weg van verlangen
naar uw voorschriften, dag en nacht.

21 U zult de hoogmoedigen straffen,
de vervloekten die afdwalen van uw geboden.
22 Neem spot en verachting van mij weg,
want ik heb uw richtlijnen gevolgd.

23 Al spannen machtigen tegen mij samen,
uw dienaar blijft uw wetten overdenken.
24 Uw richtlijnen verheugen mij,
ze geven mij goede raad.

*

25 Mijn ziel ligt neergedrukt in het stof,
laat mij leven zoals u hebt beloofd.
26 Vertel ik u mijn wegen, dan antwoordt u.
Onderwijs mij in uw wetten.

27 Leer mij de weg van uw regels begrijpen,
en ik zal uw wonderen overdenken.
28 Mijn ziel schreit van verdriet,
richt mij op zoals u hebt beloofd.

29 Houd mij ver van bedrieglijke wegen
en leer mij genadig uw wet.
30 Ik heb de betrouwbare weg gekozen,
met uw voorschriften voor ogen.

31 Ik druk uw richtlijnen aan mijn hart,
HEER, maak mij niet beschaamd.
32 Ik zal voortgaan op de weg van uw geboden,
want u geeft mij ruimte.

*

33 Wijs mij, HEER, de weg van uw wetten,
dan volg ik die tot het einde toe.
34 Geef mij inzicht, en ik zal uw wet volgen,
hem onderhouden met heel mijn hart.

35 Laat mij het pad gaan van uw geboden,
dat is mij het liefst.
36 Neig mijn hart naar uw richtlijnen
en niet naar winstbejag.

37 Houd mijn ogen af van wat leeg is,
laat mij uw wegen gaan, en leven.
38 Kom uw belofte aan uw dienaar na,
dan zal ik van ontzag voor u vervuld zijn.

39 Houd spot van mij af: die beangstigt mij,
maar uw voorschriften maken mij gelukkig.
40 Hoe verlang ik naar uw regels,
doe mij leven in uw gerechtigheid.

*

41 Laat mij, HEER, uw trouw ervaren,
red mij, zoals u hebt beloofd.
42 Dan kan ik antwoorden wie mij bespot,
want ik vertrouw op uw woord.

43 Neem de waarheid nooit weg uit mijn mond,
in uw voorschriften stel ik mijn hoop.
44 Ik zal mij houden aan uw wet,
voor eeuwig en altijd.

45 Laat mij voortgaan op een ruime weg,
want steeds zoek ik uw regels.
46 Dan kan ik zelfs voor koningen getuigen
van uw richtlijnen, zonder schaamte.

47 Ik verheug mij in uw geboden,
ik heb ze lief.
48 Ik reikhals naar uw geboden,
ik heb ze lief.
Uw wetten blijf ik overdenken.

*

49 Denk aan het woord, tot uw dienaar gesproken,
waarmee u mij hoop hebt gegeven.
50 Dit is de troost in mijn ellende:
dat uw belofte mij doet leven.
51 Al lachen de hoogmoedigen mij ook uit,
ik wijk niet af van uw wet.

52 Ik denk aan uw eeuwige voorschriften,
HEER, daarin vind ik troost.
53 Ik ben ontzet over de zondaars
die uw wet verlaten.
54 Uw wetten zijn voor mij als liederen
in het huis waar ik als vreemdeling woon.

55 Zelfs in de nacht denk ik aan uw naam, HEER,
en houd ik mij aan uw wet.
56 Dit is mij gegeven:
dat ik uw regels volg.

*

57 HEER, mijn enig bezit, ik heb beloofd
mij te houden aan uw woorden.
58 Met heel mijn hart zoek ik uw gunst,
wees mij genadig zoals u hebt beloofd.

59 Ik heb nagedacht over de weg die ik ga
en volg weer het spoor van uw richtlijnen,
60 ik haast mij, en aarzel niet
mij te houden aan uw geboden.

61 Al zetten rondom mij zondaars hun strikken,
uw wet vergeet ik niet.
62 Midden in de nacht sta ik op en loof u
om uw rechtvaardige voorschriften.

63 Ik ben een vriend van allen die u vrezen
en zich houden aan uw regels.
64 De aarde is vol van uw trouw, HEER,
onderwijs mij in uw wetten.

*

65 U bent goed geweest voor uw dienaar,
HEER, zoals u hebt beloofd.
66 Leer mij goed oordelen en onderscheiden,
ik heb vertrouwen in uw geboden.

67 Voor ik vernederd werd, tastte ik mis,
nu houd ik mij aan uw woord.
68 U bent goed geweest en hebt goedgedaan,
onderwijs mij in uw wetten.

69 Hoogmoedigen beschuldigen mij vals,
maar ik volg uw regels, met heel mijn hart,
70 gevoelloos als vet is hun hart,
maar ik verheug mij in uw wet.

71 Het was goed voor mij dat ik vernederd werd,
zo leerde ik uw wetten kennen.
72 Goed voor mij is de wet uit uw mond,
beter dan een schat aan goud en zilver.

*

73 Uw handen hebben mij gemaakt en gevormd,
schenk mij inzicht, dan leer ik uw geboden.
74 Wie u vrezen zien mij met blijdschap,
in uw woord heb ik mijn hoop gesteld.

75 Ik weet het, HEER,
uw voorschriften zijn rechtvaardig,
en u vernederde mij in uw trouw.
76 Moge uw liefde mij vertroosten,
zoals u aan uw dienaar hebt beloofd.

77 Heb mededogen met mij, en ik zal leven,
uw wet verheugt mij.
78 Laat de hoogmoedigen beschaamd staan,
zij doen mij kwaad met hun leugens,
maar ik overdenk uw regels.

79 Laat mijn vriend zijn wie u vreest
en uw richtlijnen kent.
80 Laat mij volmaakt naar uw wetten leven,
dan zal ik niet beschaamd staan.

*

81 Mijn ziel smacht naar de redding die u brengt,
in uw woord heb ik mijn hoop gesteld.
82 Mijn ogen smachten naar uw belofte,
wanneer zult u mij troosten?

83 Al schrompel ik weg als een leren zak in de rook,
uw wetten vergeet ik niet.
84 Hoeveel dagen nog telt het leven van uw dienaar,
wanneer zult u mijn vervolgers berechten?

85 Ze hebben voor mij een kuil gegraven,
de hoogmoedigen die uw wet niet erkennen.
86 Elk van uw geboden is betrouwbaar,
maar leugens achtervolgen mij – kom mij te hulp!

87 Bijna was ik van de aarde verdwenen,
toch heb ik uw regels niet verlaten.
88 Blijf mij trouw, laat mij leven,
dan houd ik mij aan de richtlijn uit uw mond.

*

89 HEER, voor eeuwig
staat uw woord in de hemel vast.
90 Uw trouw duurt van geslacht op geslacht,
u hebt de aarde gegrondvest en zij houdt stand.
91 Naar uw voorschriften blijven hemel en aarde bestaan,
alles is aan u onderworpen.

92 Verheugde ik mij niet in uw wet,
ik zou vergaan van ellende.
93 In eeuwigheid zal ik uw regels niet vergeten,
daardoor houdt u mij in leven.

94 Ik ben van u, red mij,
want steeds zoek ik uw regels.
95 Zondaars zijn uit op mijn ondergang,
maar uw richtlijnen geven mij inzicht.
96 Aan alles, hoe volmaakt ook, zag ik een einde,
maar uw gebod is grenzeloos ruim.

*

97 Hoe lief heb ik uw wet,
heel de dag is hij in mijn gedachten.
98 Uw gebod maakt mij wijzer dan mijn vijanden,
ik ben er eeuwig mee verbonden.

99 Ik ben verstandiger dan al mijn leermeesters,
want ik overdenk uw richtlijnen,
100 ik heb meer inzicht dan ouderen,
want uw regels volg ik op.

101 Mijn voeten mijden elk pad dat slecht is,
zo kan ik mij houden aan uw woord,
102 van uw voorschriften wijk ik niet af,
u bent het die mij onderricht.

103 Hoe zoet zijn uw woorden voor mijn gehemelte,
zoeter dan honing voor mijn mond.
104 Uw regels geven mij inzicht,
daarom haat ik elk bedrieglijk pad.

*

105 Uw woord is een lamp voor mijn voet,
een licht op mijn pad.
106 Ik zweer mij te houden aan uw rechtvaardige voorschriften
en ik zal mijn eed gestand doen.

107 Ik ben zo diep vernederd,
houd mij in leven, HEER, zoals u hebt beloofd.
108 Aanvaard, HEER, de lof uit mijn mond
en onderwijs mij in uw voorschriften.

109 Mijn leven is voortdurend in gevaar,
maar uw wet vergeet ik niet.
110 Zondaars hebben voor mij een net gespannen,
maar ik wijk niet af van uw regels.

111 Uw richtlijnen zijn mijn eeuwig bezit,
ze zijn de vreugde van mijn hart.

[Martine]

In de berijmde versie heeft deze psalm tegenwoordig "maar" 66 coupletten, vroeger 88.
(en als strafwerk moest ik ze allemaal overschrijven, een aantal keren... alle 88! )
Maar dat heeft natuurlijk niets met de betekenis te maken.

Psalm 119 heeft alles van doen met de Wet.
Dat een mens de Wet moet volgen, gehoorzamen.
Dat er consequenties aanzitten, maar dat het ook vreugde betekent.
Niet voor niets is er een Joods feest "De vreugde der Wet".

Het Hebreeuwse alfabet bestaat uit 22 letters. Psalm 119 is samengesteld uit telkens acht verzen die met dezelfde letter van dat alfabet beginnen. In totaal dus 176 verzen. Het centrale woord in Psalm 119 is: Thora.
Het heeft eeuwenlang veel misverstand gewekt dat "Thora" vertaalde met 'wet'. Het woord 'wet' veronderstelt dwang, onvrijheid.
Maar Thora betekent eigenlijk ' goddelijke aanwijzing, onderwijzing, openbaring.
Gedacht wordt daarbij aan de tien woorden die Mozes op de berg Sinaï van God ontving. Thora is echter ook de naam van de eerste vijf Bijbelboeken. Men noemde ze daarom "de vijf boeken van Mozes" al zijn ze niet in totaliteit door Mozes geschreven.

[Wilsophie]

Mooi uitgelegd Martine.

[Dutch]

hahaha woowww dat is echt strafwerk Martine.. hahahahahaha

[Martine]

hahaha woowww dat is echt strafwerk Martine.. hahahahahaha

Yep, van een knettergekke onderwijzer in de vijfde klas (nu groep 7...)

[Dessa]

hahaha woowww dat is echt strafwerk Martine.. hahahahahaha

Yep, van een knettergekke onderwijzer in de vijfde klas (nu groep 7...)

Vreemde manier van straf geven om een psalm op die manier te gebruiken..
ik heb ook regelmatig strafwerk gehad met oa stukken na moeten schrijven uit boeken (niet de bijbel) en ik deed dan de eerste regels en de laatste regels en daartussen verzon ik maar wat met het idee dat een leraar alleen het begin en eind checkt, stout he?

[Martine]

Het was de enige leraar die zoiets ook deed. Het was het ergste schooljaar. En niemand deed er wat aan, protesteerde.
Er moesten als strafwerk altijd dingen uit de Bijbel zoveel keer geschreven worden.
En desalniettemin heb ik mijn geloof niet verloren... en geen hekel aan Bijbelgedeelten gekregen...

[Dessa]

Belachelijk dat hij dat deed, zoiets werkt alleen maar tegen, gelukkig bij jou niet

[Dutch]

Op een jeugdkamp... waar ik als begeleider mee ging, hielden de jongeren mij wakker... de eerste 2 dagen...

dag 3 van het kamp... waren de jongeren 'stuk'... en maakte ik ze wakker om 3.00 om Ps 119 voor te lezen... konden zij wel waarderen.

[Martine]

Waar psalm 119 al niet goed voor was!

[Dessa]

Op een jeugdkamp... waar ik als begeleider mee ging, hielden de jongeren mij wakker... de eerste 2 dagen...

dag 3 van het kamp... waren de jongeren 'stuk'... en maakte ik ze wakker om 3.00 om Ps 119 voor te lezen... konden zij wel waarderen.

Omdat ze het als een lolletje zagen oid?

[callista]

Op een jeugdkamp... waar ik als begeleider mee ging, hielden de jongeren mij wakker... de eerste 2 dagen...

dag 3 van het kamp... waren de jongeren 'stuk'... en maakte ik ze wakker om 3.00 om Ps 119 voor te lezen... konden zij wel waarderen.

Omdat ze het als een lolletje zagen oid?

Dat vermoed ik niet ----ik spreek even voor mijn beurt....[ik mis n.l.de clownsmiley] maar ook zonder die smiley zegt het genoeg....
Ik vind dit trouwens geen gepast gedrag voor een jeugdleider...die heeft er niet veel van begrepen en laat zich behoorlijk kennen... een jeugdleider onwaardig.
Zoiets dwingt weinig respect af...

Het kan natuurlijk ook zijn dat Dutch dit hele verhaal verzonnen heeft als reactie op de post van Martine [het treitergedrag---de machtspositie---- van de meester].....misschien gaat hij dat trouwens ook wel zeggen [ook zelfs als het echt zo gegaan is] omdat hij zich schaamt voor dat kinderachtige gedrag.....bij nader inzien...
We zullen het wel horen....of niet....

[Dessa]

Ik zou er zelf niet van gecharmeerd zijn als ik wakker was gemaakt en dan een psalm voor moest lezen maar het ligt er wel heel erg aan wie het is die het doet en hoe precies etc hangt van de persoon af dus en als er chocola bij was zou ik het bijv minder erg gevonden hebben

Leuk nieuw topic "waar kunnen ze je voor wakker maken s'nachts"

[callista]

Ik zou er zelf niet van gecharmeerd zijn als ik wakker was gemaakt en dan een psalm voor moest lezen maar het ligt er wel heel erg aan wie het is die het doet en hoe precies etc hangt van de persoon af dus en als er chocola bij was zou ik het bijv minder erg gevonden hebben

Leuk nieuw topic "waar kunnen ze je voor wakker maken s'nachts"

Ja, leuk idee...daar dacht ik ook al aan.....
Toch zeker wel voor Psalm 119 in ieder geval........

[Dessa]

Ik zou er zelf niet van gecharmeerd zijn als ik wakker was gemaakt en dan een psalm voor moest lezen maar het ligt er wel heel erg aan wie het is die het doet en hoe precies etc hangt van de persoon af dus en als er chocola bij was zou ik het bijv minder erg gevonden hebben

Leuk nieuw topic "waar kunnen ze je voor wakker maken s'nachts"

Ja, leuk idee...daar dacht ik ook al aan.....
Toch zeker wel voor Psalm 119 in ieder geval........

whaha

[Peter79]

Wie kan me deze psalm uitleggen?

Ik wil wel een poging wagen.

1 Gelukkig wie de volmaakte weg gaan
en leven naar de wet van de HEER,
2 gelukkig wie zijn richtlijnen volgen,
hem zoeken met heel hun hart.
3 Zij bedrijven geen onrecht,
maar gaan de wegen die hij wijst.

Dit is het ideaalplaatje: wie geheel en al de wet doet, die is gelukkig. Zo is in het leven toch vaak niet. De zaligsprekingen van Jezus in Matteüs 5 raken meer de realiteit: de mensen die de wet doen, hebben vaak te lijden van de wettelozen. Maar ook bij Jezus blijft overeind staan, dat je gelukkig bent als je de wet doet. Nieuwtestamentisch zou ik de "wet doen" vertalen met het blijven in Jezus Christus: Ik heb jullie liefgehad, zoals de Vader mij heeft liefgehad. Blijf in mijn liefde: je blijft in mijn liefde als je je aan mijn geboden houdt, zoals ik me ook aan de geboden van mijn Vader gehouden heb en in zijn liefde blijf. Dit zeg ik tegen jullie om je mijn vreugde te geven, dan zal je vreugde volkomen zijn. Mijn gebod is dat jullie elkaar liefhebben zoals ik jullie heb liefgehad.

Het vervolg van de psalm geeft aan dat de schrijver zich richt op het doen van de wet. Hij zegt niet van zichzelf dat hij de wet volmaakt doet, maar hij heeft de intentie om de wet te doen. Hij bidt dat God hem onderwijst. Hij overdenkt de wet, hij verheugt zich erin. Maar 't is ook een voortdurende worsteling.
Voor wet kan je hier goed lezen: alle woord dat van God uitgaat. Dat woord is in de eerste plaats Gods zoon. Nieuwtestamentisch richt je je op het evangelie dat God in Jezus bij de mensen is gekomen en door de Heilige Geest in je woont.

Het volgende vind ik wel bijzonder:

67 Voor ik vernederd werd, tastte ik mis,
nu houd ik mij aan uw woord.

71 Het was goed voor mij dat ik vernederd werd,
zo leerde ik uw wetten kennen.

75 Ik weet het, HEER,
uw voorschriften zijn rechtvaardig,
en u vernederde mij in uw trouw.

Door schade en schande wijs geworden, denk ik. Met andere woorden: de periode dat hij niet gericht was op de wet, was waardevol en heeft hem gevormd. Hij weet nu uit ervaring hoe waardevol de wet is. Ik moet denken aan de gelijkenis van de verloren zoon. Beide zonen beseften niet hoe waardevol het was om bij hun vader te wonen. De jongste leerde uit ervaring hoe goed het bij zijn vader was. De oudste miste die ervaringskennis en leerde zijn vader anders kennen toen zijn jongere broer terug kwam.

89 HEER, voor eeuwig
staat uw woord in de hemel vast.
90 Uw trouw duurt van geslacht op geslacht,
u hebt de aarde gegrondvest en zij houdt stand.
91 Naar uw voorschriften blijven hemel en aarde bestaan,
alles is aan u onderworpen.

Dit vers onderstreept maar weer hoe omvattend de wet is. Hemel en aarde zijn door het spreken van God tot stand gebracht. Wet is dus ook natuurwet. Wet is alles wat God gesproken heeft. Zo logisch als de natuur gehoorzaamt aan de natuurwetten, zo logisch is het dat een mens luistert naar wat God tot hem te zeggen heeft.

111 Uw richtlijnen zijn mijn eeuwig bezit,
ze zijn de vreugde van mijn hart.

(Een persoonlijk antwoord) Jezus vervult mij steeds weer van vreugde. Gij noemt Mij Meester en Here, en gij zegt dat terecht, want Ik ben het. Indien nu Ik, uw Here en Meester, u de voeten gewassen heb, behoort ook gij elkander de voeten te wassen; want Ik heb u een voorbeeld gegeven, opdat ook gij doet, gelijk Ik u gedaan heb. Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, een slaaf staat niet boven zijn heer, noch een gezant boven zijn zender. Indien gij dit weet, zalig zijt gij, als gij het doet (Joh 13).

[Adinomis]

Dit is het ideaalplaatje: wie geheel en al de wet doet, die is gelukkig. Zo is in het leven toch vaak niet. De zaligsprekingen van Jezus in Matteüs 5 raken meer de realiteit: de mensen die de wet doen, hebben vaak te lijden van de wettelozen. Maar ook bij Jezus blijft overeind staan, dat je gelukkig bent als je de wet doet. Nieuwtestamentisch zou ik de "wet doen" vertalen met het blijven in Jezus Christus: Ik heb jullie liefgehad, zoals de Vader mij heeft liefgehad. Blijf in mijn liefde: je blijft in mijn liefde als je je aan mijn geboden houdt, zoals ik me ook aan de geboden van mijn Vader gehouden heb en in zijn liefde blijf. Dit zeg ik tegen jullie om je mijn vreugde te geven, dan zal je vreugde volkomen zijn. Mijn gebod is dat jullie elkaar liefhebben zoals ik jullie heb liefgehad.

Het vervolg van de psalm geeft aan dat de schrijver zich richt op het doen van de wet. Hij zegt niet van zichzelf dat hij de wet volmaakt doet, maar hij heeft de intentie om de wet te doen. Hij bidt dat God hem onderwijst. Hij overdenkt de wet, hij verheugt zich erin. Maar 't is ook een voortdurende worsteling.
Voor wet kan je hier goed lezen: alle woord dat van God uitgaat. Dat woord is in de eerste plaats Gods zoon. Nieuwtestamentisch richt je je op het evangelie dat God in Jezus bij de mensen is gekomen en door de Heilige Geest in je woont.

David laat met deze woorden blijken dat hij goed omgaat met de wet. De wet is voor hem een zaak van het hart en geen lijst van voorwaarden waaraan een mens moet voldoen.
Dat blijkt ook bijv. uit:

111 Uw richtlijnen zijn mijn eeuwig bezit, ze zijn de vreugde van mijn hart.

(Een persoonlijk antwoord) Jezus vervult mij steeds weer van vreugde. Gij noemt Mij Meester en Here, en gij zegt dat terecht, want Ik ben het. Indien nu Ik, uw Here en Meester, u de voeten gewassen heb, behoort ook gij elkander de voeten te wassen; want Ik heb u een voorbeeld gegeven, opdat ook gij doet, gelijk Ik u gedaan heb. Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, een slaaf staat niet boven zijn heer, noch een gezant boven zijn zender. Indien gij dit weet, zalig zijt gij, als gij het doet (Joh 13).

Jezus is ook de vleesgeworden Tora. Gods instructies in ons (Jer. 31:33), en Christus in ons (Gal.2:20), dat heeft inderdaad alles met elkaar te maken.

[Peter79]

David laat met deze woorden blijken dat hij goed omgaat met de wet. De wet is voor hem een zaak van het hart en geen lijst van voorwaarden waaraan een mens moet voldoen.

Er is vaak een karikatuur gemaakt van het leven naar de wet. Ook in het OT hielden gelovigen de wet uit liefde voor God.
Hoe weet je trouwens dat dit een psalm van David is?

[Ik twijfelde gisteren al of vers 111 het laatste vers was, maar nu zag ik dat Biblija de hele psalm niet weergeeft. De psalm loopt door tot en met vers 176. ]

Jezus is ook de vleesgeworden Tora. Gods instructies in ons (Jer. 31:33), en Christus in ons (Gal.2:20), dat heeft inderdaad alles met elkaar te maken.

Christus is inderdaad de link door Wie een christen uit de heidenen Psalm 119 kan zingen.

[Wilsophie]

Mooie laatste zin Peter.
De structuur is al aan de orde geweest en is het eerste wat opvalt, nog meer dan de inhoud. Er zijn meer Psalmen die dat kennen, 25,34,, 37,11, 145 en ook Spreuken 31 kent deze opbouw.
Het getal 8 speelt een centrale rol en zou ons bepalen bij wedergeboorte en opstanding tot nieuw leven.
Christus stond op, op de 8e dag , dan de 8 mensen in de ark, de 8 zaligsprekingen en ook het woord "nieuw verbond" komt 8 keer voor en de besnijdenis was op de 8e dag. Het eerste offer werd gebracht op de 8e dag , er mocht in het 8e jaar wel gezaaid, maar niet geoogst worden.
Echter gaat deze Psalm niet uitsluitend over Gods wetten maar ook over verordeningen en beloften, de instructies van God.
Dat deze woorden Gods in vervulling zijn gegaan in Christus leidt idd tot wat de titel zegt.
Het sluit ook af met een lofzang.
Bij de wet denken we misschien te vaak aan allerlei verplichtingen die God ons oplegt en daar komt in principe geen vreugde uit voort.
Toch wordt de Psalmdichter heel blij van Gods verordingen, getuigenissen, geboden , de dichter zou Esra, Jeremia of zelfs Hizkia kunnen zijn.
Ik denk niet dat het een Psalm van David is,.

Wij leven nu duizenden jaren later en weten dat God na de boeken van Mozes en de Psalmen nog veel meer gesproken heeft dat is opgetekend. De tien opmerkelijke woorden in deze Psalm op vers 122 na zijn de woorden:
Wandel /dabar
Getuigenis/eduwth
Bevel/piqquwd
Gebod/mitsvah
Belofte/imrah
Wet/torah
Bepalingen/mishpa
Gerechtigheid/tsedeq
Verordeningen/choq
Woord/dabar.
En de hele structuur geeft aan dat de Bijbelboeken niet een aaneenschakeling van woorden zijn die een boodschap bevatten, maar ook met een duidelijke structuur.
Heel de Schrift is door God ingegeven en is nuttig om daarmee te onderwijzen , te weerleggen, te verbeteren, en op te voeden in de rechtvaardigheid opdat de mens die God toebehoort volmaakt zou zijn, tot elke goed werk volkomen toegerust< ( 2 Tim 3 vers 16)
Precies de reden waarom ik geloof dat de Bijbel voor gelovigen bestemd is en wellicht zijn moderne parafrasen prima om kennis te nemen van de geschiedenissen van de Bijbel, maar de werking van de Heilige Geest zal gestalte krijgen in dit onderwijs alleen in hen die die inwoning van de Heililge Geest bezitten.

[jaapo]

Ik vind, dat het altijd over de ander moet gaan. Als je ten opzichte van de ander je aan de geboden houdt, heb je vreugde aan de wet. Het sluit aan bij het gebod om de naaste lief te hebben. Aan dit gebod hangt de hele Wet, zegt Jezus zelf. Ik vind, dat veel commentaren, ook hier weer, altijd zo naar binnen gekeerd zijn: IK moet mij aan de Wet houden, IK moet vreugde in de wet zien te ontdekken. Ik geloof meer in de ander die vreugde in de wet kan hebben, omdat de medemens in de ontmoetingen met de ander zich aan de Wet houdt. En die ander doet dat ook voor jou, waardoor ook jij vreugde in de wet kunt hebben, want je ervaar immers naastenliefde. Kijk, hoe Jezus de Wet hanteerde, toen hij op aarde was. In dat licht is het niet zo belangrijk, wie dit lange gedicht schreef. De psalmen zijn m.i. gedichten, heel persoonlijke uitingen van de verhouding tussen de schrijver en God. Geen profetieën of op zichzelf wetsartikelen.

[jaapo]

Ik denk, dat de vraag van de TS indertijd afdoende beantwoord is, of juist niet. Ik heb het topic naar voren gehaald, omdat ik over deze heel lange psalm, maar ook over vele andere psalmen een algemene mening heb. Er is verder geen commentaar, wat volgens mij kan betekenen: a. bijna iedereen onderschrijft deze mening. of b. we zijn het er niet mee eens, maar we hebben geen zin om te reageren. Ook goed. Terzijde: ik houd heel veel van de psalmen en ik vind het prachtig, als er in iedere eredienst tenminste één "op het bord" staat. (In veel gemeentes is dat bord er niet meer, maar krijg je een gestencilde liturgie of het staat in de zondagsbrief, of er is beamer-gebruik. (Op zich weer een discussie waard). Ik hang zeer aan de melodieën van Genéve uit de 16e eeuw. In het NLB staan ook andere melodieën, die af en toe ook mooi zijn. Ik ben wel blij met de nieuwe berijming, want in de oude stond veel onbegrijpelijks. Dat het aantal coupletten van ps. 119 ingekort is, is prima, want indertijd zat er wel veel van het zelfde in. Meer dan de helft werd in de diensten die ik heb meegemaakt (honderden inmiddels) nooit gezongen.

[jaapo]

Verder geen uitleg meer? Mijn laatste posting is kennelijk de ultieme uitleg. Einde topic.

[Gaitema]

Ik vind, dat het altijd over de ander moet gaan. Als je ten opzichte van de ander je aan de geboden houdt, heb je vreugde aan de wet. Het sluit aan bij het gebod om de naaste lief te hebben. Aan dit gebod hangt de hele Wet, zegt Jezus zelf. Ik vind, dat veel commentaren, ook hier weer, altijd zo naar binnen gekeerd zijn: IK moet mij aan de Wet houden, IK moet vreugde in de wet zien te ontdekken. Ik geloof meer in de ander die vreugde in de wet kan hebben, omdat de medemens in de ontmoetingen met de ander zich aan de Wet houdt. En die ander doet dat ook voor jou, waardoor ook jij vreugde in de wet kunt hebben, want je ervaar immers naastenliefde. Kijk, hoe Jezus de Wet hanteerde, toen hij op aarde was. In dat licht is het niet zo belangrijk, wie dit lange gedicht schreef. De psalmen zijn m.i. gedichten, heel persoonlijke uitingen van de verhouding tussen de schrijver en God. Geen profetieën of op zichzelf wetsartikelen.

Ik denk dat je de spijker op de kop slaat. We moeten aan onszelf sterven, dus ook in ons streven naar persoonlijke erkenning dat we goed zouden bevonden worden door God. Wanneer we bewogen zijn met de wereld om ons heen, zal God Zijn bewogenheid met de wereld om ons heen in ons kunnen delen en ons ook kunnen inzetten om er voor hen te kunnen zijn.

[Eliyahu]

Psalm 119 heeft alles van doen met de Wet.
Dat een mens de Wet moet volgen, gehoorzamen.
Dat er consequenties aanzitten, maar dat het ook vreugde betekent.
Niet voor niets is er een Joods feest "De vreugde der Wet".

Bs'd

Helemaal goed!

Maar betekent dat nou dat jij de wet naleeft?

[Martine]

Helemaal goed!

Maar betekent dat nou dat jij de wet naleeft?

met vallen en opstaan ja.
Het is geen stok om te slaan, maar een staf om te gaan.